Nieuws
Veranderende tijden: Bob Dylan wint de Nobelprijs voor de Literatuur
Het zal niemand ontgaan zijn dat Bob Dylan gister de Nobelprijs voor de Literatuur kreeg. De keuze van het Zweedse comité leidde onmiddellijk tot een stroom aan reacties die in de nationale en internationale kranten van vandaag onstuitbaar doorloopt. Er zijn grote voorstanders, zoals hier en hier en hier, maar ook felle tegenstanders, zoals hier en hier.
In september 2013 verzorgde professor Moderne Nederlandse letterkunde Geert Buelens een collegereeks bij de Universiteit van Nederland. In het slotcollege stelde hij de vraag: ‘Zou Bob Dylan een Nobelprijs voor de Literatuur kunnen winnen?’ Nu we dan eindelijk zeker weten dat het antwoord op die vraag ‘ja’ is, wordt het debat voor letterkundigen nog interessanter: hoe kan het dat de meest eervolle literatuurprijs ter wereld naar een singer-songwriter is gegaan? En waarom roept dat zoveel vurige reacties op? Voor het antwoord op die vragen is dit online college van Geert Buelens onverminderd relevant. In de Vlaamse krant De Standaard van 14 oktober 2016 stelt Buelens: ‘Liederen zijn belangrijk cultuurgoed, dat wordt maar weinig benadrukt. Bob Dylan heeft de Amerikaanse liedtraditie opgepikt, radicaal vernieuwd en wereldwijd bereikbaar gemaakt. Dat is een bijzondere culturele prestatie.’
Uit de reactie van promovenda Kila van der Starre op de muzieksite Gonzo blijkt welke nieuwe kwesties de bekroning van Dylan vanuit literatuurwetenschappelijk oogpunt oproept: ‘Als je een institutionele definitie van literatuur hanteert – literatuur is alles wat wij literatuur noemen – dan heeft de erkenning van liedteksten als literatuur door zo’n prestigieus instituut natuurlijk een enorme invloed. Historisch gezien is het heel normaal om gezongen teksten als literatuur te beschouwen – denk aan Homerus en Sappho, die de Zweedse Academie ook noemt – maar de reacties op de toekenning laten duidelijk zien dat de tijden zijn veranderd. Ik zie veel boze reacties op social media. Mensen die stellen dat teksten die niet in boeken staan geen literatuur kunnen zijn. Mensen die veronderstellen dat de volgende VSB Poëzieprijs nu net zo goed naar De Dijk zou kunnen gaan. De hiërarchie tussen tekstdragers wordt maar weer eens benadrukt: gezongen of gesproken teksten staan lager in de rangorde dan gedrukte teksten in boeken. Los van in hoeverre die teksten gebruikmaken van dezelfde poëtische technieken. En die opmerking over De Dijk? Blijkbaar mogen alle gezongen teksten over één kam worden geschoren (Bob Dylan of De Dijk, één pot nat), maar onderscheiden teksten in boeken zich op basis van literaire kwaliteit.’
Voor een uitgebreider beschouwing over de verhouding tussen lyrics en poëzie-onderzoek, zie Buelens’ artikel ‘Lyricist’s Lyrical Lyrics: Widening the Scope of Poetry Studies by Claiming the Obvious’ (2011) op Academia.edu