Onderzoek
Open Competitie XS beurs voor Laurens Ham
De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) lanceerde onlangs een nieuwe kleine beursvorm, Daarmee kan voor één jaar onderzoek naar een ‘speculatief of risicovol onderzoek’ worden gedaan. Laurens Ham behoort tot de eerste groep onderzoekers die deze beurs mocht krijgen, en dat betekent dat hij samen met onderzoeker Frank Keizer (dichter, essayist en onder meer betrokken bij het nieuwe tijdschrift Jacobin) aan de slag kan. Hun doel: voor het eerst systematischer in kaart brengen of en hoe veiligheidsdiensten in contact stonden met de literaire wereld tijdens de Koude Oorlog.
‘Literatuur en veiligheidsdiensten – het voelt op het eerste gezicht niet als een voor de hand liggende combinatie. We weten echter uit talloze boeken en artikelen dat schrijvers aan beide politieke zijden (de VS en Oost-Duitsland, onder meer) uitvoerig in de gaten werden gehouden. Als zichtbare intellectuelen met een eigenzinnige politieke opvatting waren schrijvers soms staatsgevaarlijk, maar ze konden ook als uithangbord of propagandamiddel worden ingezet. Zo weten we dat de CIA meerdere literaire mantelorganisaties in het leven riep die ogenschijnlijk autonoom en neutraal waren, maar eigenlijk de Amerikaanse buitenlandpolitiek moesten uitdragen – vaak zonder dat de betrokken schrijvers dat wisten.
Het is onwaarschijnlijk dat de Binnenlandse Veiligheidsdienst in Nederland net zulke organisaties in het leven heeft geroepen. Wat wel zeker is, is dat er tienduizenden persoonsdossiers door de dienst zijn aangelegd, en dat daar zeker ook schrijvers tussen zaten. In november 2022 maakte NRC bekend dat de tienduizenden dossiers van de BVD nu ‘beperkt raadpleegbaar’ zijn in het Nationaal Archief. Onderzoekers doken er meteen in, en ontdekten onder meer dat Jan Wolkers, Simon Carmiggelt en Simon Vestdijk jarenlang in de gaten werden gehouden. In vrijwel alle gevallen was dat omdat deze schrijvers communistische sympathieën hadden of vermoed werd dat ze communistische contacten hadden.’
In het project willen Laurens Ham en zijn collega’s dit soort individuele gevallen in kaart gaan brengen, maar ook op zoek gaan naar meer fundamentele netwerken en sporen. Waren er ook literaire instituties die in de gaten werden gehouden, waaronder de communistische boekhandel en uitgeverij Pegasus? In hoeverre werden Indonesische en Centraal- en Oost-Europese contacten van schrijvers nagetrokken? En zijn er aanwijzingen dat schrijvers ook als informant betrokken waren bij de BVD? Dit project is, zo hopen zij, de eerste stap om tot een nieuwe blik op de literaire wereld te komen: een waarin literatuur allerminst autonoom functioneert, maar juist diep verknoopt is met nationale en internationale belangen.